Spring naar content

Overbruggingsregeling AOW van kracht

07 juni 2013

Op 1 oktober 2013 treedt de tijdelijke overbruggingsuitkering AOW in werking. Deze tijdelijke regeling werkt terug vanaf 1 januari 2013 en geldt tot en met 2018. Stopt uw VUT- of prepensioenuitkering (of een vergelijkbare regeling) voordat u AOW krijgt, dan komt u mogelijk in aanmerking voor een periodieke overbruggingsuitkering totdat uw AOW-pensioen ingaat.

De komende jaren gaat de AOW-leeftijd steeds verder omhoog. Neemt u deel aan een VUT-regeling of een vergelijkbare regeling die eindigt bij het bereiken van de 65-jarige leeftijd dan kan er, door de verhoging van de AOW-leeftijd, een overbruggingsprobleem ontstaan. Dit doet zich vooral voor bij mensen met een laag inkomen voor wie het AOW-pensioen het belangrijkste deel van het besteedbaar inkomen is.

Inkomens- en vermogenstoets

Betekent het wegvallen van een of meer maanden AOW-inkomen voor u een forse inkomensachteruitgang dan komt u mogelijk in aanmerking voor de tijdelijke overbruggingsuitkering AOW. De regeling is toegankelijk voor mensen met een inkomen tot 200% van het wettelijk brutominimumloon (en 300% voor paren). U komt bovendien alleen in aanmerking als u uiterlijk in 2018 65 jaar wordt.

Daarnaast kent de regeling een vermogenstoets. Hierbij wordt het aanwezige box 3-vermogen getoetst op 1 januari van het jaar waarin u de leeftijd van 65 jaar bereikt. Uw eigen woning en uw pensioenvermogen tellen niet mee. Daarnaast wordt ook een gedeelte van het vermogen in box 3 vrijgelaten. Dit betekent voor een (volwassen) eenpersoonshuishouden dat er met een vermogen van € 21.139 (2013) recht bestaat op een overbruggingsuitkering en voor een (volwassen) tweepersoonshuishouden tot een vermogen van € 42.278 (2013).